Duitse luchtlandingen op 10 mei 1940

Duitse parachute uit 1940: van zolder naar museum

Op 10 mei 1940 vielen de Duitsers Nederland binnen en begon ook hier de Tweede Wereldoorlog. Dit ging gepaard met luchtlandingen in de vroege ochtend rondom Den Haag. Een boer uit Maaldrift griste een paar achtergelaten parachutes van het weiland en verborg ze op zolder. Eén daarvan is te zien in het museum op de eerste verdieping in de themaruimte ‘Oorlogen’.

Luchtfoto gemaakt op 10 mei 1940 met links-midden boerderij Landlust en geheel rechts vliegveld Valkenburg. De achtergelaten parachutes zijn als witte stipjes in het landschap te herkennen.

Duitse inval bij Den Haag

In de nacht van 9 op 10 mei 1940 begon voor Nederland de Tweede Wereldoorlog. Troepen van de Duitse Wehrmacht vielen op verschillende plaatsen het land binnen. Omdat de regering zich in Den Haag bevond, was deze stad een belangrijk doelwit. Er is geprobeerd de stad via luchtlandingen in te nemen vanuit zuidelijke, oostelijke en noordelijke richting. Aan de noordzijde zijn hiervoor parachutisten gedropt rondom Vliegveld Valkenburg. Deze landingen zijn uitgevoerd door de Duitse Fallschirmjäger van 6FJR.2 (onderdeel van de 22e Luchtlandingsdivisie).

De parachutisten moesten direct in actie komen voor de opmars naar Den Haag. Een parachute was dan alleen maar ballast en werd gemakshalve achtergelaten. Opvouwen zou ook te veel kostbare tijd kosten. Het landschap raakte daardoor bezaaid met parachutes.

De achterzijde van boerderij Landlust rond 1940.

Boerderij Landlust

Niet ver van Vliegveld Valkenburg ligt het plaatsje Maaldrift. Tegenwoordig is dit dorp zo goed als aan Den Haag vastgegroeid. Aan de noordgrens lag boerderij Landlust, vlak aan de trambaan Den Haag – Leiden. De toenmalige eigenaar was de heer Knijnenburg. De parachutes kwamen ook in zijn weilanden te liggen. Hij zag de kans om enkele exemplaren bijeen te rapen en ze op zijn zolder te verbergen. Een illegale actie, die geheim moest blijven.

Ondertussen werden de parachutes ook door Nederlandse militairen opgeruimd. Nederland capituleerde op 15 mei 1940 en het leger werd ontbonden. Later, na de bevrijding toen er een groot tekort aan textiel was, zijn parachutes gebruikt om kleding van te maken. Bekend zijn de vele bruidsjurken die van parachutestof zijn gemaakt.

Tussen 10 en 15 mei ruimden Nederlandse militairen de achtergelaten Duitse parachutes op. Hier is goed te zien hoe zo’n parachute in banen aaneen is genaaid.

Teruggevonden

Misschien omdat niemand iets van deze parachutes mocht weten tijdens de bezettingsjaren, maar ze zijn na jaren in vergetelheid geraakt en hoe dan ook niet meer van hun plek af geweest. Na zeventig jaar hebben nazaten de parachutes teruggevonden. De controle- en keuringsstempels van de Duitse Wehrmacht zijn er nog goed leesbaar op te zien. Dat heeft de tand des tijds goed overleeft. De data die erop te lezen zijn, dateren van slechts enkele maanden daarvoor (26 januari 1940 en 27 januari 1940).

Een van de stempels op de parachute. Herkomst, data en overige administratieve gegevens zijn goed te lezen.

Restauratie

Het best bewaarde exemplaar werd aangeboden om in langdurige bruikleen te nemen, op voorwaarde dat we eerst keken in wat voor staat het was en welke restauratie het zou moeten ondergaan. Deze heeft al die jaren opgevouwen gelegen wat het uitpakken spannend maakte. Het viel op zich mee. Er zaten nauwelijks gaten in, maar het was sterk vervuild. Tussen de plooien hadden muizen zich genesteld. Zij hadden takjes, strohalmen en allerlei ander vuil mee tussen de plooien genomen, maar vooral de vlekken van hun uitwerpselen waren hardnekkig en stonken.

Te zien in het museum

Onderdeel van de themaruimte 'oorlog'

Het is uiteindelijk goed gelukt het doek te reinigen en de stempels te bewaren zonder dat de inkt is uitgelopen. Maar hoe nu tentoon te stellen? Het enorme oppervlak kun je niet zomaar in een vitrine uithangen.

Er is uiteindelijk gekozen om het gevouwen in de vitrine te leggen en een harnas waarmee de parachutist eraan verbonden was erbij te plaatsen. Door een deel van de punt terug te vouwen, zijn de stempels goed zichtbaar. Het is daarmee duidelijk van Duitse herkomst uit het begin van 1940. Het achterliggende verhaal vertelt waar het is gebruikt.

Conservator NMM Paul van Brakel
"Bijzonder dat de parachutes zeventig jaar later zijn teruggevonden. En dat de controle- en keuringsstempels van de Duitse Wehrmacht er nog goed leesbaar op te zien zijn." Paul van Brakel - Conservator